Voor bedrijven en organisaties is duurzaamheid niet langer een optie, maar een noodzaak. Ondernemers worden steeds meer aangemoedigd om verantwoordelijkheid te nemen voor hun milieu-impact, waarbij broeikasgas CO2 voor de meeste bedrijven het belangrijkste thema is. Hierbij gaat het allang niet meer alleen om besparen op energieverbruik, maar wordt van bedrijven gevraagd om ook verantwoordelijkheid te nemen voor de CO2-uitstoot in de keten (scope 3).Â
Als wetenschappelijke basis dient het internationale Greenhouse Gas Protocol (GHG-Protocol). Deze schrijft voor dat bedrijven hun emissies in drie scopes rapporteren. Stimular-adviseur Marc Herberigs licht in dit blog de drie scopes toe. Wat betekenen deze en hoe kan je hier als ondernemer op acteren en over rapporteren?
- Scope 1: directe emissies van broeikasgassen
- Scope 2: indirecte emissies van energie
- Scope 3: andere indirecte emissies uit de keten
- Meten en rapporteren van de emissies
Scope 1: directe emissies van broeikasgassen
De directe emissie omvat de  CO2 die vrijkomt bij alle brandstoffen die je in je eigen bedrijfsvoering verbrandt. Voor sommige bedrijfstakken moet dat aangevuld worden met de uitstoot van andere broeikasgassen zoals bijvoorbeeld koudemiddelen of lachgas. Scope 1 is de uitstoot van bedrijfsvoertuigen, verwarmingsketels, ovens en andere productieprocessen.
Hoe verminder je scope 1 uitstoot?
Als ondernemer kun je deze emissies verminderen door bijvoorbeeld
- over te schakelen op energiebronnen zonder of met minder uitstoot (elektriciteit of biobrandstoffen) en
- door efficiëntieverbeteringen in productieprocessen door te voeren.
Warmtepompen en elektrische voertuigen leveren het snelst besparingen op, maar denk ook aan energiebesparing in je processen en het verminderen van het aantal kilometers. Want ook op duurzame energiebronnen is besparen noodzakelijk.
Scope 2: indirecte emissies van energie
Scope 2 emissies zijn de indirecte emissies van de opwekking van aangekochte elektriciteit, stoom, verwarming en koeling die een bedrijf verbruikt. Deze emissies vinden weliswaar plaats bij je energieleverancier, maar het GHG protocol geeft de afnemer de grootste verantwoordelijkheid om hierop te verduurzamen.
Besparen op scope 2 emissies. Hoe?
Ondernemers kunnen deze indirecte emissies verminderen door:
- deel te nemen aan energie-efficiëntieprogramma’s
- zelf duurzame elektriciteit op te wekken of dit in te kopen, zoals wind- of zonne-energie.
Dat laatste is nu belangrijk om de energieleveranciers te ondersteunen in het proces van overschakelen, al heeft de overheid daar natuurlijk ook een belangrijke rol in. De verwachting is dat in 2035 alle stroom groen zal zijn. Warmteleveranciers zijn ook bezig met vergroening, maar dat duurt waarschijnlijk nog wat langer. Ook hier geldt dat bedrijven moeten blijven inzetten op besparingen. Met name om de leveringszekerheid te kunnen garanderen.
Scope 3: andere indirecte emissies uit de keten
Scope 3 emissies omvatten alle andere indirecte emissies die plaatsvinden in de waardeketen van jouw bedrijf, zowel upstream (stroomopwaarts) als downstream (stroomafwaarts).
Upstream emissies
Upstream gaat voornamelijk om emissies die voortkomen uit inkoop. Bij de meeste bedrijven zijn de grond- en hulpstoffen voor je product daarin het belangrijkste. Upstream emissies omvatten ook zaken die de bedrijfsvoering mogelijk maken, zoals
- uitbestede werkzaamheden
- ingekochte diensten
- uitbesteed vervoer
- afvalverwerking
- de kapitaalgoederen die je inkoopt of huurt
- woon-werkverkeer van jou en je collega’s.
Downstream emissies
Downstream emissies gaan over het verder verwerken, transporteren en gebruiken van jouw producten. Daarnaast zet het GHG protocol ook andere bedrijven die aan jou gelieerd zijn onder downstream emissies. Denk aan franchise ondernemingen en investeringen (in andere bedrijven).
Scope 3 emissies verminderen: uitdagend
Het identificeren en verminderen van scope 3 emissies is uitdagend, maar het biedt vaak de grootste mogelijkheid om veel impact te maken. Dit komt doordat scope 3 meestal een factor 10 tot 20 groter is dan scope 1 en 2 samen. Scope 3 verlagen kan bijvoorbeeld door:
- duurzamere materialen te gebruiken
- leveranciers kiezen die zelf al ver zijn met verduurzaming van hun producten of transport
- afval van je producten verminderen door recyclingprogramma’s op te zetten of
- je producten energiezuiniger maken.
Meten en rapporteren van de emissies
Scope 1 en 2 emissies zijn goed te meten
Het gaat immers om exacte getallen die je relatief eenvoudig uit je boekhouding moet kunnen halen en omrekeningsfactoren zijn goed voorhanden (via www.co2emissiefactoren.nl). Ook zijn besparingen goed te realiseren en leveren deze geld op. Voor het maken van een CO2-footprint, monitoren van deze gegevens en het bedenken van besparingen is de Milieubarometer van Stimular een zeer geschikt hulpmiddel. Op de website van de Milieubarometer vind je veel voorbeelden van scope 1 en 2 footprints van bedrijven, die dit openbaar publiceren.
Het jaarlijks meten en rapporteren van scope 1 en 2 is eigenlijk voor alle bedrijven een must. Doe je dat nog niet, dan ben je achterblijver. Door te meten en rapporteren weet je waar je het beste op kunt gaan besparen en zien klanten/opdrachtgevers dat je hiermee actief bent.
Scope 3 emissies zijn lastiger te meten en berekenen
Een deel van de scope 3 emissies is eenvoudig te berekenen in de Milieubarometer: woon-werkverkeer, uitbesteed vervoer, water, en eventueel bezoekersverkeer. De Milieubarometer rekent automatisch met de bijbehorende CO2-emissiefactoren. Om een scope 3 berekening compleet te maken voeg je zelf branche- en bedrijfsspecifieke items zoals bijvoorbeeld de gebruikte grondstoffen en hun CO2-uitstoot toe.
De aanvulling kan lastig zijn. Vaak mis je exacte getallen of heb je alleen financiële data uit je boekhouding. Ook zijn er geen of slechts algemene omrekeningsfactoren voorhanden waar je je goed in moet inlezen om deze te kunnen begrijpen en correct te kunnen toepassen. Het is al vrij goed als je een scope 3 footprint kunt berekenen met een 80% zekerheid. Daar komt bij dat het GHG protocol voor het berekenen van scope 3 per categorie andere randvoorwaarden stelt.
Zo reken je voor ingekochte grondstoffen de CO2-emissie van de hele keten mee, van de winning tot aan jouw bedrijfspoort, maar reken je voor afvalinzameling alleen transport en verwerking mee en niet de eventuele nuttige toepassing van de reststroom. Het berekenen van een scope 3 footprint kan je daarom, zeker een eerste keer, het beste overlaten aan een expert. Een mooi voorbeeld uit onze praktijk is de scope 3 analyse bij Vezet, producent van van groente- en fruitproducten.
Scope 3 meten en rapporteren is voor de meeste bedrijven een actie die je eenmaal in de drie jaar doet, omdat het vooral prioriteiten geeft en niet heel exact is. In de tussenliggende jaren scherpen bedrijven de berekening wel vaak op punten aan (voor de belangrijkste thema’s). Kanttekening: Bedrijven die verplicht moeten rapporteren voor de CSRD moeten dit jaarlijks oppakken. Scope 3 berekenen is op dit moment nog iets voor koplopers. Ik zie de laatste tijd wel steeds meer scope 3 vragen van grote bedrijven richting hun MKB-toeleveranciers.
Wat heb je hier als ondernemer aan?
Het begrijpen en beheren van deze verschillende scopes biedt diverse voordelen voor jou als ondernemer:
- Inzicht: (toekomstige) vragen van klanten beter te kunnen begrijpen en beantwoorden.
- Kostenbesparingen: efficiënter energiegebruik en minder afval kunnen leiden tot aanzienlijke kostenbesparingen.
- Reputatie en klantvertrouwen: consumenten zijn steeds meer milieubewust en kiezen vaker voor bedrijven die duurzaamheid serieus nemen en daar helder en transparant over communiceren.
- Wettelijke naleving: steeds meer wet- en regelgeving vereist een correcte footprint in scope 1, 2 en soms ook 3.
- Toekomstbestendigheid: door nu al maatregelen te nemen, bereid je jouw bedrijf voor op een toekomst waarin duurzaamheid centraal staat.
Duurzaam ondernemen is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor jouw bedrijf. Door een goed begrip van de verschillende scopes kun je strategisch plannen en actie ondernemen om je ecologische voetafdruk te minimaliseren en je bedrijf of organisatie toekomstbestendig te maken.
Over mij
Ik werk al meer dan 25 jaar bij Stichting Stimular. Als adviseur duurzaam ondernemen help ik veel bedrijven 1 op 1 met de verduurzaming van bedrijfsvoering en producten. De laatste tijd betreft dat veel vragen over klimaatneutraliteit. Daarnaast ben ik één van de grondleggers van de www.CO2emissiefactoren.nl en daar nog steeds actief bij betrokken. Ik help graag bedrijven met praktische tips en draag kennis over zodat bedrijven zelfstandig verder kunnen werken aan duurzaamheid.