Beschrijving
Liften gebruiken energie voor het vervoeren van personen en voor de verlichting.
Minder gebruik van de lift zorgt voor een lager energieverbruik. Stimuleer gebruik van de trap. Geef naast de lift duidelijk de toegang of route naar de trappen aan.
Ook het energieverbruik van de liften zelf kan je verlagen:
- Zorg dat de verlichting alleen brandt wanneer de lift in gebruik is. Lees meer in de tip Licht en ventilatie uit in lift.
- Bij een geschikte elektronische lift besturing kunnen ook andere functies, zoals de displays in de lift, worden uitgeschakeld als de lift ‘stand-by’ is.
- Vervang halogeenspots door led-verlichting. led-verlichting is energiezuiniger dan conventionele verlichting en kan bovendien goed tegen vaak aan en uit schakelen. Lees meer over led-verlichting.
- Verwijder eventueel aanwezige scheidingstrafo’s. Dit kan door de nulleider door te trekken.
- Als een motor vervangen moet worden, laat die dan vervangen door een zuiniger type motor.
- Zorg voor een efficiënte balancering: kies het contragewicht op basis van realistisch gebruik. Dat bespaart vaak meer dan 20% op het benodigde hijsvermogen en daarmee op de gebruikte energie. Voorbeeld: als een lift 1.000 kg mag vervoeren maar er passen maar 10 personen in, zal er vrijwel nooit meer dan 750 kg worden vervoerd. Contragewicht = eigen gewicht van de lift + 50% van de maximale hijslast (in dit voorbeeld 375 kg).
- Bij veelgebruikte liften in hoge gebouwen kan het lonen om een bestaande lift te voorzien van een energieterugwinsysteem waarmee remenergie wordt teruggewonnen en teruggegeven aan het elektriciteitsnet of op andere nuttige wijze wordt gebruikt.
- Om de piekbelasting te verlagen kan een liftvolgorde schakeling worden toegepast. Deze schakeling zorgt ervoor dat meerdere liften niet tegelijk in werking worden gezet als dit niet noodzakelijk is.
- Zorg dat de verwarming van de liftschacht zo laag mogelijk wordt ingesteld. Als de eventuele verwarming niet is voorzien van een thermostaat, zorg dan voor een thermostaat.
Bij vervanging of nieuwbouw van liften kan je nog meer energie besparen:
- Kies voor een tractielift in plaats van hydraulische lift.
- Kies voor een lift met minimaal energielabel B (volgens richtlijn VDI 4707-1 voor in gebruik zijn van de lift). Per labelstap daalt het elektriciteitsverbruik met bijna een factor 2. Zo schelen label B en label E een factor 5, wat een besparing van ruim 80% oplevert.
- Kies, zeker bij een lift die weinig wordt gebruikt, voor een laag vermogen in stand-by: minder dan 50 Watt is haalbaar.
- Om een piek in het elektriciteitsverbruik te beperken kan je kiezen voor een lift met een lage aanloopstroom (energieverbruik bij opstarten van de lift).
Naast het energieverbruik van de lift zelf is het ook van belang dat de lift onderhoudsarm is. Uit onderzoek blijkt dat een lift 23 dagen kan bewegen op de energie die verbruikt wordt voor het oplossen van een gemiddelde storing.
Toepasbaarheid
Deze maatregel is algemeen toepasbaar in gebouwen met een of meerdere liften. Vervang de lift op een natuurlijk vervangmoment door een energiezuinige variant.
Milieuaspecten
Door minder gebruik te maken van de lift en door toepassing van energiezuinige liften bespaar je op het elektriciteitsverbruik.
Financiële aspecten
Besparing op elektriciteitsverbruik is afhankelijk van het type lift en de gebruiksfrequentie. Energiezuinige liften zijn over het algemeen niet duurder dan standaard liften.
Als de elektriciteitsaansluiting een grotere capaciteit heeft dan 3 × 25 Ampère, zijn de extra vaste kosten aanzienlijk. Bij 3 × 35 Ampère is dit bijvoorbeeld € 400 per jaar meer, bij 3 × 80 Ampère is dit € 1.130 meer.
Energieprestatieverbetering aan bestaande liften staat op de Energielijst (2024, code 210602) en komt daarom, onder voorwaarden, in aanmerking voor EIA. Het gaat hierbij om energiezuinige maatregelen waardoor een bestaande lift gaat voldoen aan de energieprestatie-eisen van energielabel A van richtlijn NEN-EN-ISO 25745-2:2015. Zo ook een teruglevervoorziening van remenergie (2024, code 240606). deze maatregelen komen daarom, onder voorwaarden, in aanmerking voor Energie Investerings Aftrek (EIA). Dit betekent dat je een extra bedrag ter grootte van 40% (2024) van het investeringsbedrag ten laste mag brengen van de winst. Zie voor meer informatie www.rvo.nl/eia
Bron: Energiegids.nl, Liftinstituut en BREEAM en Arend consultants